Als de lesdag begint, mogen de kleuters meteen na binnenkomst gaan spelen met ontwikkelingsmateriaal. Na een kwartiertje spelen gaan we de dag beginnen in de kring. We bespreken dan welke dag het is, het dagprogramma en we besteden aandacht aan godsdienstige vorming (bijbelverhalen, bijbelse liedjes, gebed).
Thema's
Wij werken aan de hand van (actuele) thema’s waarin de speelhoeken van groot belang zijn. De speelhoeken worden aangepast aan het thema van dat moment. De kinderen werken met opdrachten, die aansluiten bij het thema. Voor taal (woordenschat) onderwijs en rekenen gebruiken we o.a. thema's van de Kleuteruniversiteit. De kinderen kiezen hun werk- of spelopdracht door middel van een kiesbord. Op dit bord hangen allerlei activiteiten waar de kinderen een kaartje met hun naam bij kunnen hangen. Er zijn ook verplichte activiteiten. De leerkracht zorgt ervoor dat alle kinderen aan de beurt komen voor deze opdrachten.
Rond tien uur eten en drinken we met elkaar.
Beweging
Beweging is voor jonge kinderen erg belangrijk. Daarom gaan we elke dag met de kinderen naar het speelplein of wordt er gebruik gemaakt van het speellokaal waar klim- en klauterlessen gegeven worden.
In de groepen is veel aandacht voor gewoontevorming, regelmaat en het bieden van een duidelijke structuur aan kinderen. De jongste en oudste kleuters zitten op KC Margriet in groep 1 of 2 en niet bij elkaar. Hiervoor is gekozen, omdat dit beter past bij wat onze leerlingen nodig hebben. Wij kunnen zo de cognitieve ontwikkeling van de kinderen nog beter stimuleren en beter voldoen aan de onderwijsbehoeften van ieder kind.
De leerkrachten van de groepen 1 en 2 volgen de ontwikkeling van de kleuters en houden rekening met de verschillen tussen kinderen (de onderwijsbehoeften). De meeste kinderen zitten ongeveer twee jaar in een kleutergroep. De ontwikkeling van elk kind wordt bijgehouden in een observatiesysteem (BOSOS).
Basisvaardigheden groep 1
In groep 1 is er extra aandacht voor de basisvaardigheden, zoals de zelfredzaamheid, de sociaal- emotionele ontwikkeling, het samenspel en de daarvoor benodigde taal, het ontdekkend leren (bijvoorbeeld met rekenen) en de vaardigheden die nodig zijn om te kunnen knippen en plakken.
Herfstkinderen (de kinderen, die 4 jaar zijn geworden in de maanden okt./nov.) gaan indien mogelijk door naar groep 2. Er wordt gekeken of een kind sociaal- emotioneel en/of cognitief rijp is en dus aan de basisvaardigheden voldoet om groep 2 aan te kunnen. Om dit goed te kunnen beoordelen bekijken we de basisvoorwaarden voor lezen, schrijven en rekenen (tussendoelen).
Basisvaardigheden groep 2
In groep 2 wordt er verder gewerkt aan de basisvaardigheden die zijn geleerd in groep 1 en nodig zijn in groep 2. Daarnaast wordt er extra aandacht besteed om de basisvaardigheden voor het leren lezen, schrijven en rekenen aan te leren (de tussendoelen). Halverwege groep 2 wordt de leervoorwaardentoets afgenomen om te kijken hoever het kind is met deze vaardigheden.
Zijn er onderdelen waarop het kind onvoldoende scoort, dan wordt in de periode daarna extra geoefend om deze vaardigheden eigen te maken. Aan u als ouder zal gevraagd worden om thuis te oefenen, zodat de vaardigheden voldoende ontwikkeld zijn om de overgang naar groep 3 goed te laten verlopen.
